Er was eens… Odense, de geboorteplaats van Hans Christian Andersen. En dat is duidelijk zichtbaar. Vooral de wijk waarin zijn ouderlijk huis staat, is sprookjesachtig te noemen. Felgekleurde, popperige huisjes flankeren schots en scheef geplaveide straten. Betoverend mooi.

Andersen is bekend door zijn verhalen. Tussen 1835 en 1872 schreef hij meer dan 160 sprookjes, waaronder De Kleine Zeemeermin, Het Lelijke Jonge Eendje, De Rode Schoentjes en De Prinses Op De Erwt. Door heel de wereld bekend, maar doen wellicht bij de gemiddelde Nederlander een extra belletje rinkelen; sommigen kregen namelijk een tweede leven in de Efteling.

Na een middag door de straatjes te hebben geslenterd en na een magische lunch (Koreaanse kip met rijst en een Asperge risotto), keren we terug naar onze tent.

De zwaluwen vliegen laag over en dat betekent maar één ding: Vannacht krijgt onze tent de vuurdoop. Bij de laatste serieuze regenbui stroomde het water op verschillende plekken door het doek. Na een extra behandeling van het doek krijgt onze tent vannacht een nieuwe kans. We wensen vurig dat Andersen met zijn sprookjes in Odense blijft, want het laatste waar we trek in hebben, is om te dobberen in onze tent als twee kleine, verzopen zeemeerminnen.

Het eind.