On my way,‘ appt onze privéchauffeur van gisteren. Om zes uur pikt hij ons op. In Sa Pa zet hij ons af voor het hotel waar we worden opgepikt. We zullen vandaag reizen naar het startpunt van iets wat misschien wel het hoogtepunt van onze reis gaat worden: de Hà Giang loop.

Onze tassen worden zorgvuldig ingeladen en we rijden. Driehonderd meter welteverstaan. We zijn nog steeds in dezelfde straat: ‘Okay, here we change bus.’ Onze tassen worden er weer uitgehesen en wederom zorgvuldig in de volgende bus gestopt. Als we in willen instappen, komt een Vietnamees drukgebarend aangerend. ‘Shoe, shoe,’ roept hij. Het blijkt onze chauffeur. Hij pakt een plastic tasje waar we onze schoenen in moeten doen. Daarna betreden we de nieuwe bus. De vloer blijkt gemaakt van leren kussens. Bij elke stop krijgen we vervolgens een mand met blauwe slippers aangereikt, zodat we onze eigen schoenen gedurende de reis niet meer aan hoeven te doen.

In de middag arriveren we. De rest van de dag hebben we voor onszelf. We laten ons taxiën naar een hooggelegen café met prachtig uitzicht over de stad en tijdens de slingerweg omhoog wordt wederom duidelijk gemaakt dat niet de motor, maar de claxon het belangrijkste onderdeel van een auto in Vietnam is. Bij elke bocht wordt toeterend aangekondigd dat we ook deze afslag weer haarscherp door de binnenbocht zullen pakken. Het is aan de rest van het tegemoetkomend verkeer om te verdwijnen in het niets.

Voor we gaan slapen, bereiden we onze kleine ‘daily pack‘ voor, want morgen begint het grote avontuur!