Santa Catalina
En daar zit je dan in een bloedhete Panamese bus, zonder ook maar voor of achteruit te kunnen. Panama’s infrastructuur is compleet afhankelijk van de Panamericana, een snelweg die van het Noorden tot het Zuiden dwars door het land loopt. Als deze weg vast komt te staan, staat het hele land stil, ervaren we in onze krappe busplekken.
Nog geen 100 meter voor ons is de bestuurder van een enorme truck de macht over het stuur verloren. In de berm is hij met maximale snelheid tegen een houten paal, die normaal gesproken verschillende elektriciteitskabels boven de weg moet houden, geknald. De paal heeft het door de harde klap begeven met als gevolg dat de kabels met hoog voltage dwars over de belangrijkste weg van Panama zijn komen te liggen, waardoor het hele land van Noord tot Zuid, en andersom, vaststaat. Een dubbelgevoel heerst. Aan de ene kant hebben we geluk dat we nog 100 meter achter het ongeval reden, zodat we gelukkig geen onderdeel zijn geworden van het ongeluk. Aan de andere kant hebben we pech dat we net achter het ongeval zitten, en niet daarvoor, waardoor we helaas vier uur in een tropische hitte vaststaan. De buschauffeur heeft nog wat sluiproutes geprobeerd, maar tevergeefs. Tot nu toe hebben we vaak zoveel geluk gehad met het verkeer, dat we ons erbij neerleggen dat het toch een keer fout moest gaan deze reis.
Uiteindelijk arriveren we laat in de avond, vergezelt door de een na de andere mug, aan in Santa Catalina, een klein, rustig dorpje aan de Pacific Coast. Samen met een Zweedse eten we pizza in een verlaten pizzeria om vervolgens vroeg het bed in te duiken om morgenvroeg fris op onze surfboardjes te kunnen kruipen.
Woesj. Woesj. Metershoge golven volgen elkaar in rap tempo op. Het ruwe water slaat hard te pletter op het zwarte zand en probeert ons terug het strand op te gooien. Er is ons afgeraden om in de middag te gaan surfen, vanwege deze agressieve golven. Die middag vermaken we onszelf met duiken in de golven om bekend te worden met hun kracht en het uitrusten in de zon op het strand (rust is net zo belangrijk in de sport!).
Tegen een uur of vijf is het dan eindelijk tijd en springen we vol moed op onze blauwe softtops. Het is alweer een tijd geleden sinds de laatste keer dat ik heb gesurft in Frankrijk, maar tot mijn grote verbazing weet ik mezelf direct staande te houden bij mijn eerste poging. Tot mijn armen doodmoe zijn van het telkens achter de enorme golven moeten komen, pak ik de een na de andere golf. Het gaat letterlijk met vallen en opstaan, maar tot mijn plezier merk ik dat er een stijgende lijn in lijkt te zitten. Vooral mijn laatste golf deed me veel deugd.
Na geduldig enkele minuten de juiste golf af te hebben afgewacht, zie ik ver vanuit de horizon een enorme golf naderen. Ondertussen ben ik niet meer de enige surfer in het water, vanuit mijn ooghoeken zie ik diverse surfers de juiste positie innemen. De golf die in flink tempo nadert lijkt per afgelegde meter te groeien om zich schrap te zetten voor de inslag op het zwarte zand. Op het moment dat de golf zich bijna onder mijn board bevindt, begin ik met mijn laatste energie mee te peddelen met de golf. Zodra de top van de golf me voorover dreigt te gooien, zet ik mij af tegen het board en sta vervolgens op een metershoge, agressieve golf. Voor mij zie ik een professional met snel board bezwijken onder de kracht, waardoor ik mijn weg met een klein, behendig bochtje kan vervolgen naar het strand. Ik voel een enorme kick door mijn lijf gaan.
Aangezien je op je hoogtepunt moet stoppen, zijn we vervolgens naar ons hostel teruggekeerd. Vlakbij is een ander klein strand waar je opnieuw een prachtige zonsondergang kan aanschouwen. Voor een uur genieten we geruisloos van dit natuurwonder. Niet veel later kruipen we onder de wol want morgen om 5 uur gaat ons wekkertje. Onder het valse gekraai van een kerkdienst aan de overkant van de straat vallen we onrustig in slaap.