3:30u
¡Klop! ¡Klop!

(Dat heb ik ook nooit geweten, maar ze kloppen hier in het Spaans op de deuren, met het omgekeerde uitroepteken ervoor)

¡Despertando!

Met moeite open ik mijn ogen. Met mijn vooruitziende blik heb ik zowaar gelijk gekregen. Exact drie keer heb ik eruit gemoeten, en bij de tweede keer werd ik verrast door het schouwspel van een vulkaanuitbarsting.

We kijken naar buiten. Mist en regen. Niet erg aantrekkelijk om in hoog tempo 1,5 uur omhoog te moeten klimmen voor een zonsopkomst die je misschien wel, misschien niet kan zien. ‘Ik bekijk de zonsopgang vanaf hier.’ Mijn groepsgenoten en mijn gehavende knietje zijn het roerend met me eens.

Na 2,5 uur extra slaap kijken we vanaf ons base camp naar de zonsopkomst. Wat blijven die kleuren magisch mooi!

Na de zonsopkomst en een klein bakje havermout is het tijd voor de afdaling. El Fuego zwaait ons uit met twee gigantische knallen, maar de uitbarsting zelf moeten we helaas missen vanwege de dikke mist. In 2,5 uur drukken we onze schoenzolen in de voetafdrukken die we gisteren in vijf uur hebben gecreëerd. We lopen in een treintje wat het moeilijk maakt een eigen tempo te bepalen. Als de kans zich voordoet, schiet ik langs de rij en ren ik naar beneden – dat vindt mijn knie een stuk fijner. Naast me rent een hond speels mee. Ik voel me helemaal thuis.

Terug in Antigua gaan de benen omhoog, drinken we een overwinningssmoothie op een rooftopbar, poolen we na het eten van een hamburger en in bed boeken we alvast de binnenlandse vlucht naar het noorden. Daarvoor gaan we eerst naar het westen, namelijk naar Lake Atitlan. Maar eerst… Slaap lekker!