En dan lopen we ineens in de straten die ooit werden geregeerd door de bekendste crimineel van Colombia. Er is ons verteld dat het niet slim is de naam van Pablo Escobar op de openbare straten van Medellín te gebruiken; vooral niet als je niet in het Spaans praat. De tegenstanders kunnen denken dat je de beruchte crimineel beromantiseert en de groep voorstanders zouden kunnen vermoeden dat je alleen slecht over hem spreekt. Want voorstanders heeft hij, vooral hier in Medellín. Toen El Patrón de macht had, streefde hij ernaar de Robin Hood van deze immense stad te worden en schonk onder andere scholen, bibliotheken en zelfs gehele wijken aan de allerarmsten.

Op de heenweg naar Guatapé hebben we Medellín al mogen aanschouwen van grote hoogte in het donker. Miljoenen lichtjes spreiden zich indrukwekkend uit over de vele bergen waarop de stad is gelegen. Toch is het vooral de heftige geschiedenis die de stad zo interessant maakt. Overdag en van dichtbij doet de stad enigszins saai aan. Voor het eerst deze reis bevinden we ons niet tussen de kleurrijke Colombiaanse huizen, maar kijken we op naar degelijk stenen gebouwen.

Met de smaak van Tzaziki en bier in onze monden lopen we achter onze Colombiaanse gids met luidspreker. Gister hebben we een heerlijke Griekse BBQ (laat dat nou eens mijn favoriete eten zijn) gehad en zijn we met de Brit George, Ecuadoreaan Darwin en Peruaan Mario een drankje gaan doen in de wijk waar we verblijven. El Poblado is het uitgaansgedeelte voor de Gringos en doet met zijn barretjes bijna aan als een Europees vakantieoord ala Sunny Beach. Het was echter zondag en het regende alsof we ons nog in het regenwoud van Valle de Cocora bevonden, dus waren we praktisch de enige in de club. Toch heeft Mario ons nieuwe inzichten verschaft in de Latijns Amerikaanse versiertrucs; werkelijke eye-openers in Colombia, een duidelijke sollicitatie naar een dreun op je neus in Nederland.

Onze gids leidt ons in vier uur tijd langs de bekendste plekken in het centrum. Hij is enorm trots (net als de meeste inwoners van Medellín, die dat uitbundig laten blijken) dat backpackers zich tegenwoordig durven te wagen in de stad die ooit bekend stond als de moordhoofdstad van de wereld. Onze eerste stop is Plaza Cisneros waar recentelijk geconstrueerde pilaren licht schijnen over een plek die decennia geleden nog door dealers en prostituees werd bewoond. We lopen langs Plaza Botero, zoals dit al doet vermoeden staat het vol met kunstwerken van de favoriete artiest van en uit Colombia. Wat mij juist zo aansprak was de kerk die uittorent boven het plein. Jaren geleden heeft een bekende Belgische architect de opdracht gekregen het gebouw te bouwen. Halverwege heeft hij echter z’n koffers gepakt omdat de over het algemeen bemoeiende, beterwetende Colombiaan zich afvroeg waarom het allemaal zo lang moest duren en waarom het in hemelsnaam zoveel geld moest kosten. De trotse Colombianen zouden het zelf wel eventjes doen! Hoe moeilijk kan het zijn om de kerk bestaande uit alleen gele en zwarte stenen, af te maken? En die glas-in-loodramen? Eitje, doen ze wel even! Na drie keer de bouwtekening ondersteboven en weer terug te hebben gehouden, hebben ze moedeloos de handdoek in de ring gegooid en het bouwwerk maar met een afgrijselijk, recht stuk beton voltooid. Grijs beton uiteraard. Het is tegelijkertijd zonde, hilarisch en naar mijn idee de perfecte vertolking van de Colombiaanse mentaliteit.

De tour eindigde in het indrukwekkende Parque San Antonio. In 1996 is een bronzen beeld van Botero hier ernstig beschadigd door een Guerillabom, wat tevens het leven heeft gekost van een aantal onschuldig feestende Colombianen. Het stadsbestuur wilde het beeld weghalen om deze gebeurtenis zo snel mogelijk te vergeten, maar Botero heeft hier eigenhandig een stokje voor gestoken en een exacte replica naast het beschadigde beeld laten plaatsen. Een diepere betekenis is ontstaan, waar het beschadigde beeld de slechte tijd van Medellín vertolkt en de nieuwe replica voor een veelbelovende toekomst staat. Het toont ook direct dat je moet leren van je verleden om verder te komen. Het is dan ook cynisch dat onze tolk het thema Pablo Escobar zoveel mogelijk probeert te mijden en bij enkele vragen over hem zichtbaar moeite heeft zijn frustraties binnen te houden. De gids vertelt ons dat Pablo Escobar in de geschiedenis nauwelijks tot geen betekenis speelt voor de stad Medellín. Het is lastig om hem te geloven, vooral omdat hij de tour is begonnen met uit te leggen dat Paisas (de inwoners van Medellín) geboren leugenaars zijn.

Tijdens de tour ontmoeten we Wiebe en Daan, twee studenten uit Groningen. Die avond gaan we tezamen met hen en George van ons hostel, een pittige Thaise curry eten. Naderhand spelen we onder het genot van een Colombiaans biertje, een kaartspelletje in het hostel van de overige Nederlanders. We spreken af dat we morgen met z’n vijven met de Teleférico, een karretje voortgetrokken door een kabel die je normaal in de skigebieden ziet, naar een uitkijkpunt gaan.

Na een stevig eigengemaakt pannenkoekenontbijt zitten we even later in de middag op enkele meters hoogte in de Teleférico. Het karretje beweegt zich langzaam voort over een grote, arme buurt van Medellín. Voor even wanen wij ons in de mise-en-scène van Netflix serie Narcos; smalle, zanderige paden met voetballende kinderen vormen een netwerk tussen de huisjes gemaakt van grote, rode bakstenen en zwarte golfplaat. We klimmen steeds verder omhoog tot we ons boven Parque Arví bevinden. Het aanzicht van de stad verdwijnt en maakt plaats voor diverse naaldbomen. We kijken even rond en gaan daarna terug naar de halte waar zich het prachtige uitkijkpunt over de stad moet bevinden.

Dit is ooit de gevaarlijkste buurt van de wereld geweest en het voelt nog steeds niet veilig. Ongure figuren staan op de hoeken van hun straten naar elkaar te seinen. Verschillende motoren met twee Colombianen erop scheuren voorbij. Kinderen van een jaar of tien spelen een potje kaart en zetten echte Pesos in. En zodra we voorbij lopen, maken ze het welbekende geldgebaar met hun handen. Voor het eerst deze vakantie voelen we ons net een stel Chinese toeristen. We positioneren onszelf vlug voor de railing, maken gehaast een foto van elkaar met het mooie uitzicht op de achtergrond en maken dat we weg zijn. Thuis bekijken we de foto’s wel!

Vanavond lekker vroeg naar bed, want morgenvroeg vliegen we naar Santa Marta aan de kust. Oftewel op naar het strand, de zon en de zee!